In een winst- en verliesrekening zie je alle opbrengsten en kosten van een onderneming over een bepaalde periode, doorgaans van een bepaald jaar. Zo zie je of er winst of verlies is gemaakt, dus wat het resultaat was. Dit wordt daarom ook wel de resultatenrekening genoemd.
Voor een goede bedrijfsvoering is het essentieel om inzicht te hebben in de opbrengsten en de kosten, dat kun je goed terugzien op de winst- en verliesrekening. In dit artikel lees je hoe je een winst- en verliesrekening opstelt, hoe je zorgt dat hij correct is en wat je er zelf voor inzichten uit kan halen.
Voor een goede bedrijfsvoering is het essentieel om inzicht te hebben in de opbrengsten en de kosten, dat kun je goed terugzien op de winst- en verliesrekening.
In dit artikel lees je hoe je een winst- en verliesrekening opstelt, hoe je zorgt dat hij correct is en wat je er zelf voor inzichten uit kan halen.
Een winst- en verliesrekening is een overzicht waaruit opgemaakt kan worden wat het resultaat van een onderneming is geweest over een bepaalde periode. Hiermee zie je dus hoeveel winst of juist hoeveel verlies er is gemaakt.
Andere namen voor een winst- en verliesrekeningen zijn:
Doorgaans worden naar gehele jaren gekeken om een goed beeld te krijgen van de onderneming.
Op een winst- en verliesrekening staan alle opbrengsten (omzet) en kosten. In de meeste gevallen zien winst- en verliesrekeningen in grote lijnen er hetzelfde uit met dezelfde onderdelen (kopjes).
Daarbij kan er wel voor gekozen worden om bepaalde onderdelen niet te vermelden als ze voor jou of de onderneming niet van toepassingen zijn.
In hoofdlijnen worden de volgende onderdelen doorgaans behandeld:
Onder opbrengsten, ook wel omzet genoemd, valt eigenlijk alles wat je verkoopt. Let erop dat het bedrag dat je hier invult, het bedrag aan verkochte diensten of producten is exclusief btw.
Deze categorie bestaat uit twee onderdelen die behoorlijk van elkaar verschillen namelijk:
Dit zijn de kosten die worden gemaakt bij derden die er direct voor zorgen dat de omzet van de onderneming stijgt. Denk aan bijvoorbeeld onderaannemers welke een klus uitvoeren die jij hebt aangenomen. Ingehuurde advocaten of accountants en dergelijken zorgen niet voor een directe stijging van de omzet en horen daarom niet in dit onderdeel thuis, dergelijke kosten vallen doorgaans onder Overige bedrijfskosten.
De inkoopkosten van grond- en hulpstoffen is de volledige omschrijving van dit onderdeel. Dit zijn de kosten die gemaakt worden om de productie van de verkochte producten mogelijk te maken. Produceer je bepaalde goederen en koop je daarvoor spullen in die je direct verwerkt in de productie van die goederen, valt het onder deze categorie.
Als je een bedrijfsmiddel koopt dat meer dan 450 euro kost, ben je verplicht om deze (doorgaans) over een periode van 5 jaar af te schrijven. Grote investeringen in bedrijfsmiddelen mogen van de Belastingdienst namelijk niet direct en volledig als kosten geboekt worden.
De kosten van de aanschaf worden als het waren uitgesmeerd over deze periode van 5 jaar. Hiervoor dien je voor het overzicht te berekenen welk deel van die investering in je winst- en verliesrekening terechtkomt.
Lees hier een volledige uitleg van het begrip afschrijvingen:
Begrip: Afschrijvingen
Hieronder volgt een rekenvoorbeeld voor het berekenen van het bedrag van de afschrijvingen voor een zakelijke telefoon van € 600:
€ 600 aangeschaft op 1 april.
€ 600 / 60 maanden (5 jaar) = 10 euro per maand aan afschrijvingskosten.
Voor het jaar dat de telefoon aangeschaft is, zijn dat 9 maanden, van april tot en met december.
De kosten die onder het onderdeel Afschrijvingen vallen voor dit jaar, zijn dus 9 maanden x 10 euro = 90 euro
De jaren daarna kan dezelfde formule worden gebruikt met 12 maanden, en is dan als volgt:
(€ 600 / 60 maanden) x 12 maanden = € 120
Deze afschrijvingen blijf je maken totdat ze bij elkaar het totaal van € 600 hebben bereikt. Daarna is de telefoon helemaal afgeschreven.
Als je gebruik maakt van een boekhoudprogramma als DigiBoox, wordt deze berekening automatisch gemaakt, met daarbij de juiste boekingen in de administratie.
Voor veel ondernemers is het gebruikelijk dat het grootste deel van hun kosten onder Overige bedrijfskosten valt. Veel dienstverlenende zzp’ers hebben namelijk geen onderaannemers of inkoop van producten. De overige bedrijfskosten worden als volgt uitgesplitst:
Dit onderdeel gebruik je voor je reiskosten. Denk hierbij aan de € 0,21 per zakelijk gereden kilometer met de auto of, als het gaat om een zakelijke auto, de brandstof- en onderhoudskosten van de auto.
Onder dit onderdeel vallen echter ook € 0,21 per zakelijke gereden kilometer met de fiets, ov-kosten en zakelijke vliegtickets.
De huurkosten van een kantoorpand, gemeentebelastingen voor dat kantoor, maar ook de schoonmaakkosten, verzekeringskosten, kosten voor waterverbruik. Dus eigenlijk alle kosten welke betrekking hebben op de huur, onderhoud en het gebruik van het kantoor- of bedrijfspand.
Dit zijn de kosten die je maakt om je onderneming onder de aandacht te brengen en te promoten. Dit zijn bijvoorbeeld advertentiekosten (zoals Google Adwords), visitekaartjes, folders, bezoek aan beurzen, representatiekosten en relatiegeschenken.
Hiervoor gelden wel voorwaarden en aanvullende regels. Alles wat je hierover moet weten, hebben we voor je op een rijtje gezet in een aparte blog:
Relatiegeschenken en Representatiekosten
Hier toon je alle kosten die je niet op een ander onderdeel hebt kunnen plaatsen. Ook hiervoor geldt, dat het regelmatig voorkomt dat een groot deel van de kosten onder dit onderdeel kan vallen.
Het is een bijzonder onderdeel waar veel over geschreven kan worden. Voor de meeste zzp’ers is dit onderdeel alleen van belang voor betaalde rente (lasten) en eventuele ontvangen rente over zakelijke spaartegoed (baten).
Een veelal onbesproken onderdeel van de winst- en verliesrekening omdat het voor de meeste mensen onduidelijk is wat hier moet komen te staan.
Daarom een aantal voorbeelden van Buitengewone resultaten, bestaande uit Buitengewone baten en Buitengewone lasten:
Voor een beter beeld hoe een winst- en verliesrekening eruit ziet, hebben wij een voorbeeld gemaakt. Daarin zijn bovengenoemde termen ook in verwerkt.
Het voorbeeld kun je downloaden via deze knop
Als je naar het voorbeeld hebt gekeken, zul je waarschijnlijk denken dat je dit overzicht ook zelf kunt opstellen. En dat is ook zo!
Bedenk alleen goed wat het doel is van het overzicht. Als het bedoeld is om snel inzicht te krijgen in het resultaat van de onderneming dan kan dit overzicht zeker gebruikt worden.
Op langere termijn verwacht de Belastingdienst ook nog een balans van je. En als het van je verwacht wordt om naast een winst- en verliesrekening ook nog een balans aan te leveren dan is het verstandig om daar rekening mee te houden bij het boekhouden en het opstellen van de winst- en verliesrekening.
Bij het boekhouden kan er onderscheid gemaakt worden tussen enkelvoudig en dubbel boekhouden.
In ons voorbeeld laten wij enkelvoudig zien hoe de omzet verrekend kan worden met de gemaakte kosten en hoe het resultaat uitgerekend kan worden.
Het overzicht bestaat dan enkel uit een winst-en verliesrekening.
In een dubbele boekhouding zorg je er direct voor dat de balans ook wordt bijgehouden. Vroeger gebeurde dat ook nog handmatig. Tegenwoordig zijn daar tal van softwaresystemen voor die er automatisch voor zorgen dat wanneer jij gewoon een factuur maakt, de balans daar direct op aansluit zodat jij daar geen omkijken meer naar hebt.
Dat heeft als voordeel dat wanneer je de aangifte inkomstenbelasting moet indienen, je direct je softwaresysteem kan raadplegen voor een actuele balans.
In DigiBoox gebeurt dat ook direct en automatisch. Daarbij kun je op ieder gewenst moment de winst- en verliesrekening en de Balans raadplegen, en daarbij ook kiezen over welke periode je dat wilt zien. De aangifte inkomstenbelasting kun je ook vanuit DigiBoox doen, de gegevens uit je boekhouden, waaronder de winst- en verliesrekening en balans, worden dan automatisch in je aangifte verwerkt.
Van de winst- en verliesrekening zijn er verschillende modellen beschikbaar:
Het model dat je in het voorbeeld uit dit artikel ziet, geldt als het categoriale model. Hierbij is per categorie opgesomd welk type kosten bij welk onderdeel hoort.
Het functionele model geeft de omzet en kosten weer per functie. De functies zijn wat boekhoudkundig en vallen in een korte lijst samen te vatten tot: